Een Cursus
In Wonderen

Geautoriseerde Online Editie
Werkboek

LES 186

De verlossing van de wereld hangt af van mij.

1. 1Dit is de uitspraak die alle arrogantie eens uit elke denkgeest weg zal nemen. 2Dit is de gedachte van ware nederigheid, die geen andere functie als de jouwe neemt dan degene die jou gegeven is. 3Het brengt jouw aanvaarding van een jou toegewezen taak met zich mee, zonder aan te dringen op een andere rol. 4Het velt geen oordeel over de juiste rol voor jou. 5Het erkent slechts dat de Wil van God op aarde zowel als in de Hemel is geschied. 6Het verenigt elke wil op aarde in het hemelse plan om de wereld te verlossen en haar terug te voeren tot de hemelse vrede.

2. 1Laten we onze functie niet bestrijden. 2Wij hebben die niet vastgesteld. 3Ze is niet ons idee. 4De middelen waarmee ze volmaakt zal worden vervuld, zijn ons gegeven. 5Het enige wat ons wordt gevraagd is dat wij onze taak in oprechte nederigheid aanvaarden en niet met zelfmisleidende arrogantie ontkennen dat we die waardig zijn. 6Wat ons te doen gegeven is, daartoe hebben we de kracht. 7Onze denkgeest is volmaakt toegerust om de taak op zich te nemen die ons is toegewezen door Iemand die ons goed kent.

3. 1Het idee van vandaag lijkt misschien heel ontnuchterend, totdat je de betekenis ervan ziet. 2Al wat het zegt is dat jouw Vader Zich jou nog steeds herinnert en je het volmaakte vertrouwen schenkt dat Hij in jou heeft als Zijn Zoon. 3Het vraagt niet dat je op enigerlei wijze anders bent dan jij bent. 4Wat zou nederigheid anders kunnen vragen dan dit? 5En wat zou arrogantie anders kunnen weigeren dan dit? 6Vandaag zullen we ons niet aan onze opdracht onttrekken met de schoonschijnende reden dat bescheidenheid geweld wordt aangedaan. 7Het is trots om de Roep namens God Zelf te willen ontkennen.

4. 1Alle valse nederigheid leggen we vandaag naast ons neer, zodat we kunnen luisteren naar Gods Stem, die ons onthult wat Hij ons wil laten doen. 2We twijfelen niet aan onze geschiktheid voor de functie die Hij ons aanbieden zal. 3We zijn er alleen zeker van dat Hij onze krachten, onze wijsheid en onze heiligheid kent. 4En als Hij ons waardig acht, dan zijn we dat. 5Het is slechts arrogantie om er anders over te oordelen.

5. 1Er is één manier, en slechts één, om te worden bevrijd uit de gevangenschap die jouw plan om te bewijzen dat het onware waar is, jou heeft gebracht. 2Accepteer in plaats daarvan het plan dat jij niet hebt gemaakt. 3Oordeel niet over jouw waarde daarvoor. 4Als Gods Stem jou verzekert dat de verlossing jouw aandeel nodig heeft en dat het grote geheel van jou afhankelijk is, wees er dan zeker van dat dit zo is. 5De hoogmoedigen moeten zich wel vastklampen aan woorden, bang als ze zijn die te overstijgen en iets te ervaren wat hun standpunt zou kunnen tarten. 6Maar de nederigen zijn vrij om de Stem te horen die hun zegt wat ze zijn en wat hun te doen staat.

6. 1Arrogantie maakt een beeld van jezelf dat niet werkelijk is. 2Het is dit beeld dat huivert en in doodsangst terugdeinst wanneer de Stem namens God jou verzekert dat jij de kracht, de wijsheid en de heiligheid bezit om alle beelden te overstijgen. 3Jij bent niet zwak, zoals het beeld van jezelf dat is. 4Jij bent niet onwetend en hulpeloos. 5Zonde kan de waarheid in jou niet bezoedelen en ellende kan niet dichtbij Gods heilige woning komen.

7. 1Dit alles verkondigt jou de Stem namens God. 2En terwijl Hij spreekt, siddert het beeld en probeert het de bedreiging die het niet kent aan te vallen, terwijl het zijn fundament voelt afbrokkelen. 3Laat het los. 4De verlossing van de wereld hangt af van jou en niet van dit hoopje stof. 5Wat kan het de heilige Zoon van God vertellen? 6Waarom zou hij er zich überhaupt om bekommeren?

8. 1En zo vinden we onze vrede. 2We zullen de functie aanvaarden die God ons gegeven heeft, want alle illusies berusten op de eigenaardige overtuiging dat we voor onszelf een andere kunnen maken. 3Onze eigengemaakte rollen zijn wisselend en lijken te variëren van rouwdrager tot de extatische gelukzaligheid van liefde en liefhebben. 4We kunnen lachen of huilen, en de dag begroeten met open armen of met tranen. 5Ons diepste wezen schijnt te veranderen wanneer we duizend stemmingswisselingen ervaren en onze emoties ons hoog verheffen, of ons in wanhoop neersmakken op de grond.

9. 1Is dit de Zoon van God? 2Zou Hij zo’n instabiliteit kunnen scheppen en dat Zoon noemen? 3Hij die onveranderlijk is deelt Zijn eigenschappen met Zijn schepping. 4Alle beelden die Zijn Zoon lijkt te maken, hebben geen effect op wat hij is. 5Ze dwarrelen door zijn denkgeest als door de wind opgewaaide bladeren die een ogenblik een patroon vormen, uit elkaar vallen, zich hergroeperen en wegvliegen. 6Of als luchtspiegelingen die boven een woestijn worden gezien, oprijzend uit het stof.

10. 1Deze schimmige beelden zullen verdwijnen en je denkgeest onbeneveld en sereen achterlaten, wanneer jij de functie accepteert die jou gegeven is. 2De beelden die je maakt laten alleen tegenstrijdige doelen ontstaan die vergankelijk en vaag, onzeker en meerduidig zijn. 3Wie zou standvastig in zijn pogingen kunnen zijn, en zijn energie en geconcentreerde volharding op zulke doelen kunnen richten? 4De functies die de wereld hoogacht, zijn zo onzeker dat ze op hun zekerst minstens tien keer per uur veranderen. 5Welke hoop is er dat er bij zulke doelen iets kan worden gewonnen?

11. 1In liefdevolle tegenstelling daarmee onderscheidt zich, zo zeker als de zon elke morgen terugkeert om de nacht te verjagen, helder en geheel ondubbelzinnig de jou waarlijk gegeven functie. 2Over de gegrondheid daarvan bestaat geen twijfel. 3Ze komt van Iemand die geen vergissingen kent, en Zijn Stem is zeker van Haar boodschappen. 4Die zullen niet veranderen, noch tegenstrijdig zijn. 5Ze wijzen alle naar één doel, een dat jij kunt bereiken. 6Jouw plan is misschien onmogelijk, maar dat van God kan nooit mislukken, omdat het in Hem zijn Oorsprong vindt.

12. 1Doe zoals Gods Stem aangeeft. 2En als die iets van jou vraagt wat onmogelijk lijkt, denk er dan aan Wie het is die vraagt, en wie het is die weigert. 3Overweeg dan dit: wie heeft het ‘t meest waarschijnlijk bij het rechte eind? 4De Stem die namens de Schepper van alle dingen spreekt, die alle dingen precies kent zoals ze zijn, of een vervormd beeld van jezelf, verward, onthutst, onsamenhangend en onzeker van alles? 5Laat je niet leiden door die stem. 6Hoor in plaats daarvan een zekere Stem die jou vertelt van een functie die jou gegeven is door jouw Schepper, die Zich jou herinnert en jou aanspoort dat jij je Hem nu herinnert.

13. 1Zijn zachte Stem roept vanuit het gekende naar de onwetenden. 2Hij wil jou troosten, ook al kent Hij geen droefheid. 3Hij wil een teruggave verlenen ook al is Hij compleet: een gave aan jou, ook al weet Hij dat jij alles al hebt. 4Hij heeft Gedachten die een antwoord zijn op elke behoefte die Zijn Zoon bespeurt, ook al ziet Hij ze niet. 5Want Liefde moet geven, en wat in Zijn Naam wordt gegeven neemt die vorm aan welke in een wereld van vormen het meest bruikbaar is.

14. 1Dit zijn de vormen die nooit kunnen misleiden, omdat ze uit Vormloosheid zelf voortkomen. 2Vergeving is een aardse vorm van liefde die, zoals ze in de Hemel bestaat, geen vorm bezit. 3Maar wat hier nodig is wordt hier gegeven zoals het nodig is. 4In deze vorm kun je zelfs hier je functie vervullen, hoewel wat liefde voor je zal betekenen wanneer vormloosheid jou teruggegeven is, nog grootser is. 5De verlossing van de wereld hangt af van jou die kan vergeven. 6Dat is jouw functie hier.